• info@weleveld.nl

Inwoners van Oldenzaal

Inwoners van Oldenzaal

Terug naar Wie is Wie

proostPhilippus van Almelo, proost van Oldenzaal (overl. ca. 1310)

Ik ben Philippus van Almelo, de proost van het kapittel van Oldenzaal. Dit kerkelijk bestuurscollege is ingesteld door bisschop Balderik van Utrecht (918-975). Het bestaat uit 16 priesters, die kanunniken worden genoemd. Als proost ben ik het hoofd van het kapittel.

Het kapittel is al lange tijd een belangrijk steunpunt voor de katholieke kerk in de omgeving van Oldenzaal, met als centrum de basiliek van de heilige Plechelmus. Vanuit Oldenzaal hebben wij al veel nieuwe parochies gesticht in Twente.

Mijn betrokkenheid bij de katholieke kerk heb ik misschien wel geërfd van mijn vader, ridder Hendrik van Almelo, die ministeriaal of dienstman was van de bisschop van Utrecht. En van mijn overgrootvader zaliger gedachtenis, graaf Floris III van Holland (ca. 1140-1190): hij overleed tijdens de Derde Kruistocht in de stad Antiochië, ten noorden van de Libanon.

vogelHendrik Snoyinc, burger van Oldenzaal

Ik ben een burger van de stad Oldenzaal. Ik heb het recht verworven binnen de poorten van de stad te wonen door mij te laten registeren bij het stadsbestuur. Ik moest een bepaald geldbedrag betalen om te bewijzen dat ik niet armlastig ben. Ook heb ik onder ede moeten beloven dat ik steeds mijn verplichtingen als burger zal nakomen.

Het burgerschap biedt grote voordelen. Oldenzaal is omringd door wallen en grachten. Wie in de stad woont geniet daardoor meer veiligheid dan op het onbeschermde platteland. Bij zonsondergang worden de stadspoorten gesloten door de poortbewaker. De sleutels van de stad werden bij een burgemeester ingeleverd en de volgende dag weer opgehaald.

In de stad wonen veel mensen bij elkaar. Daardoor is er meer handel en nijverheid dan in een dorp. Dat biedt meer kansen op een goed bestaan als koopman, handwerksman of lid van het stadsbestuur.

Door de nabijheid van de basiliek van onze geliefde stadspatroon, de Heilige Plechelmus, hebben ook in godsdienstig opzicht een streepje voor. Het imposante bouwwerk geeft onze stad bovendien een groot aanzien.

stengereJohannes Stengere, patriciër in Oldenzaal

Ik ben Johannes Stengere en maak deel uit van het patriciaat van Aldenselen. Dat zijn de welgestelde en invloedrijke families die onderling bij toerbeurt de belangrijkste bestuursfuncties van de stad verdelen, zoals die van de burgemeesters en de schepenen. Tot ons hoge gezelschap kunnen alleen mannen toetreden die rijk geworden zijn van de handel en hun goede „netwerken“. Wij proberen vanzelfsprekend te verhinderen dat nieuwe rijken evenveel macht en invloed krijgen als de gevestigde orde.

goudsmitGoudsmid

Pas na een jarenlange opleiding mocht ik mij goudsmid noemen. Ik vervaardig kostbare sieraden van zilver, goud en edelstenen voor wie het kan betalen. Door mijn kunst beweeg ik mij in hoge kringen en hoor ik tot de meest vooraanstaande leden van de burgerij. Mijn opdrachtgevers behoren tot de adel, de hoge geestelijkheid, de gegoede burgerij en een enkele keer zelfs de koning. Kerken en kloosters zijn belangrijke klanten; zij bestellen dikwijls kelken en cibories voor hun erediensten bij mij. De kelk die ik hier draag moet ik binnenkort afleveren.

Ik woon in de stad Oldenzaal, omdat alleen daar genoeg vermogende klanten wonen voor interessante en lucratieve opdrachten. De kostbare grondstoffen moet ik kopen in Münster. Tijdens de reis draag ik dan eenvoudige kleren om niet de aandacht van rovers te trekken die het hebben gemunt op mijn zilver, goud en edelstenen.

bronsgieterBronsgieter

Als bronsgieter maak ik niet alleen eenvoudige alledaagse gebruiksvoorwerpen en gereedschappen, maar ook kostbaar vaatwerk en fraaie siervoorwerpen. Brons gieten is een bijzonder handwerk dat niet iedereen zomaar mag uitoefenen. Als handwerksman behoor ik tot de stedelijke middenklasse van de burgerij. Gezamenlijk maken wij, de handwerkslieden, een belangrijk deel uit van de inwoners van de stad. Vaak zijn wij in gilden georganiseerd om de belangen van onze beroepsbroeders te verdedigen. Wij strijden voortdurend voor meer zeggenschap in het stadsbestuur, dat wordt gedomineerd door de heersende klasse van de patriciërs. Ik heb een goed bestaan. In de stad Oldenzaal en de nabije omgeving vind ik genoeg klanten voor mijn producten.

handwerksmanHandwerksman

Ik kom aan de kost als handwerksman. Ik woon in Oldenzaal en ben daar lid van het gilde. Ik werk samen met een aantal collega’s op de havezate. Er is altijd wel wat te doen. Het komt er op neer dat wij zorgen voor het gehele onderhoud van het grote huis en de bijgebouwen. Ook maken en repareren wij de vele gebruiksvoorwerpen die hier nodig zijn. We hebben allemaal een apart vak geleerd. Ikzelf ben bijvoorbeeld timmerman van beroep, maar we kunnen met elkaar bijna alle voorkomende werkzaamheden zelfstandig uitvoeren. Ga maar na: wij kunnen houtsnijden, metselen, smeden, meubelmaken, timmeren, loodgieten, weven, en nog veel meer.

leerlooierLeerlooier

Ik ben leerlooier. Het is mijn werk om van de huiden van schapen, koeien en paarden leer te maken. Het leer wordt gebruikt voor bijvoorbeeld kleding, schoeisel, zadels, riemen, boekbanden en allerlei gebruiksvoorwerpen. De mensen vinden dat er een luchtje kleeft aan mijn beroep. Zeg maar gerust, dat mijn werk gepaard gaat met veel stank en vuiligheid.

Ik bewerk de huiden als volgt. Eerst schraap ik de vlees- en vetresten eraf. Daarna leg ik de huiden in de kuim of koem. Dat is een kleine vijver die is gevuld met water uit de beek en een flinke hoeveelheid looistof. Daarvoor gebruiken wij run of eek, dat is gemalen eikenschors. De huiden blijven enkele weken in de koem liggen en dat ruikt inderdaad niet zo fris. Daarna zijn de huiden geconserveerd en kunnen ze niet meer bederven. Als afwerking wordt het leer nog geschuurd en gewalst. Zo gaat het mooi glanzen en wordt het platter en gladder. Het kan ook nog worden geverfd.

Leerlooierijen vind je meestal aan de rand van steden en dorpen, omdat het werk zo vuil en ongezond is, en wij veel schoon water nodig hebben. Onze beroepsgroep behoort tot de laagste standen. Het werk is zo ongezond dat veel leerlooiers ernstige ziekten oplopen, zoals het gevreesde miltvuur. Dat was een van de tien plagen van Egypte uit het Oude Testament.

gerechtsdienaarGerechtsdienaar in Oldenzaal

Ik ben als gerechtsdienaar aangesteld in de stad Oldenzaal. Het is mijn taak aangeklaagde personen voor het gerecht te brengen of gevangen te nemen. Al naar gelang het vonnis neem ik de eigendommen van de veroordeelde in beslag en voer ik lijfstraffen uit. Verder verricht ik bodediensten en allerlei ondersteunende taken voor de rechtbank en de raad van de stad. Als ik in functie ben, draag ik een staf als teken van mijn waardigheid.

Terug naar Wie is Wie


Landgoed Weleveld is particulier eigendom. Stichting Weleveld behartigt de belangen van het landgoed. Het landgoed is vrijwel geheel opengesteld. U bent dan ook van harte welkom om te komen genieten van dit authentiek stukje Twente.